Om grond en bouwstoffen te mogen hergebruiken is het, in het kader van het Besluit bodemkwaliteit, vaak verplicht om de kwaliteit van de grond te laten keuren. Aan de hand van een partijkeuring (AP04 onderzoek) wordt bepaald of de grond geschikt is voor hergebruik.
Partijkeuringen mogen alleen worden verricht door hiervoor erkende bedrijven en gecertificeerde monsternemers (BRL SIKB 1000). Koops grondmechanica beschikt over de vereiste erkenning en certificaten.
Een partijkeuring start met een historisch onderzoek. Hierna vindt in het veld de partijkeuring plaats. Dit kan een depotbemonstering zijn maar ook een zogenaamde in-situ partijkeuring. Dit laatste vindt bijvoorbeeld plaats als kelders worden gerealiseerd of als grond vrij komt bij het graven van een fundering. Ook kan een in-situ partijkeuring plaatsvinden vooraf het ontgraven van een wegcunet of bij rioleringswerkzaamheden waarbij sprake is van overtollige grond die van het werk afgevoerd dient te worden.
De grond wordt hierna geanalyseerd op een standaard stoffenpakket aangevuld met analyses op PFAS en eventueel met parameters waar de partij grond verdacht voor kan zijn maar die niet in het standaard stoffenpakket zijn opgenomen (bijvoorbeeld asbest).
Na de monstername en de analyses worden alle resultaten verwerkt in een eindrapportage voorzien van het keurmerk “Kwaliteitswaarborg Bodembeheer”. In deze verklaring staat welke eindkwaliteit de grond heeft en kan worden gebruikt als officieel document voor het hergebruik van de partij grond.
